Een gezin dat werd uitgebuit in een mangoboomgaard in Zuid-Azië is bevrijd. Het gaat om een ouderpaar en hun 15-jarige dochter.

Leiders van de ‘Released Bonded Laborers Association’ (RBLA) ontdekten dat de familie op gruwelijke wijze werd uitgebuit. De RBLA bestaat uit mensen die eerder door IJM zijn bevrijd van slavernij en nu zelf strijden tegen allerlei vormen van uitbuiting.

Samen met IJM voerden de lokale autoriteiten een bevrijdingsoperatie uit. De autoriteiten werken ook aan een rechtszaak tegen de eigenaar van de boomgaard.

Het gezin is teruggekeerd naar hun woonplaats en heeft – met dank aan de autoriteiten – een nieuwe woning. Ook zorgden de autoriteiten ervoor dat de 15-jarige dochter werd ingeschreven op een plaatselijke school, zodat zij zich kan richten op haar droom om juf te worden.

Een medewerker van IJM vertelde: "Het is fantastisch om te zien hoe de overheidsinstanties samenwerkten om het leven van een jonge tiener te veranderen. In minder dan twaalf uur brachten ze haar van een mangoboom naar een klaslokaal.”

Lokale overheidsinstanties zullen de familie bijstaan met therapie en traumazorg. De familie is ook in contact gebracht met de plaatselijke afdeling van de RBLA, waar andere survivors van slavernij hen kunnen helpen om weer een leven in vrijheid op te bouwen.

Mango’s uit Zuid-Azië worden ook in Nederland geïmporteerd. Mede daarom is IJM voorstander van nieuwe wetgeving in Nederland voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO). Deze wetgeving verplicht bedrijven om zorg te dragen voor arbeiders in hun productieketen. Dit helpt om moderne slavernij terug te dringen. Daarnaast is het fundamenteel om te investeren in rechtssystemen in productielanden, zodat misdadigers niet wegkomen met moderne slavernij en uitbuiting.